Zoeken in deze blog

Translate

vrijdag 1 april 2011

Wereldwandelen (8): Nederlandse klaplopers of globetrotters

Het wereldwandelen had vanaf eind 19e eeuw een grote vlucht genomen. Hoewel de meesten nog steeds platzak op reis gingen, hadden zij intussen wel een methode gevonden om onderweg geld te verdienen: meestal door het verkopen van prentbriefkaarten met hun portret erop of soms het geven van lezingen. Toch was er dudelijk ook iets meer aan de hand: het wereldwandelen was een uiting geworden van een bepaalde tijdsgeest.

Verdere uitwassen

Dit blijkt onder meer uit het langzaam doorsijpelen van het fenomeen naar de populaire cultuur. In 1911 verscheen in diverse kranten een bericht over de 'uitwassen' van het wereldwandelen onder de titel 'Padvinders op 't verkeerde pad'. Het bericht werd overgenomen uit het blad Land en Volk.
In een veelbezocht ontspanningsoord aan de Leidse straatweg werden de bezoekers door een paar van hun rijwiel afgestapte padvinders aldaar een brief aangeboden. Hierin stond te lezen dat zij op rondreis gegaan geheel zonder geld en door verkoop van sluitzegels van enveloppen in hun onderhoud moesten voorzien.

'Men kent het zeer onsympathieke type der ,,reizigers om de wereld'', die door het verkoopen van prentkaarten hun kost verdienen. Een eerste ,,wereldwandelaar'' was interessant, maar spoedig werd het een sport van lager allooi.'
'Moet de padvinderij nu ook al tot dergelijke buitensporigheden leiden? Moet daar vermomde bedelarij toegelaten worden, uitgeoefend door jongens van goeden huize, gelijk de padvinders in den regel zijn? Moet op die manier karakterbederf in de hand worden gewerkt?'

Nederlands-Indië

Het inmiddels negatieve imago van de wereldwandelaar blijkt eveneens uit een stukje onder de kop 'Sint Nicolaas in Indië' uit december 1912 over de viering van Sinterklaas aldaar.

'Onmiddellijk daarna stapt een khakikleurige meneer binnen. Zu Fuss um die Welt staat op zijn jasmouw. Een wereldwandelaar!
Een ware bezoeking: de man leurt met prentbriefkaarten en torst een reusachtig album, dat zoowel te Tehuantepec in Mexico als in TromsÖ nabij de Noordpool door een politie-commissaris werd afgestempeld.
N.B.: Dergelijke albums kan men tegenwoordig huren! .....'

Maurits Wagenvoort: 'den vermaarden literator-globetrotter'

Ook Maurits Wagenvoort (1859-1944) ontsnapte niet aan het inmiddels overwegend negatieve imago van de wereldwandelaar. In de Wikipedia wordt hij als 'langdurig reizend verslaggever' genoemd van het Algemeen Handelsblad, maar volgens een krantenbericht uit maart 1911 kon dat ook anders worden geïnterpreteerd.

'Twee jaren lang is Maurits Wagenvoort, als een prentbriefkaart-verkoopende wereldwandelaar hier in Indie blijven rondboemelen.
Daarna is hij, via het Tanganyika-Gebergte, voorbij Teheran, en Philadelphia naar Amersfoort getogen, en heeft een grooten mond opgezet tegen de menschen hier, die van zijn kleverige Joden-drukte niets moesten hebben.
In Nederland ziet men den domoor voor vol aan, in Nederland heeft men den onwetenden blaaskaak zoowaar opgenomen onder de medewerkers van het ,,standaard'' (!) werk Nederlandsch-Indie, onder de auspiciën van Minister Colijn uitgegeven.'

Jan de Groot

Begin oktober 1912 was Jan de Groot klaar voor zijn wereldreis te voet. Deze Amsterdammer had in zijn leven al van alles bij de hand gehad: als visser, in de kolenmijnen, op grote (oceaan?)stomers, als gids aan de Gare du Nord te Parijs. Ook had hij de Transvaalse Oorlog (Boerenoorlog) meegemaakt en in Egypte had hij aan een karavaan deelgenomen. Behalve zeer avontuurlijk ingesteld, kenmerkte hij zich 'als een guitig en prettig verteller.'
Daarnaast was hij lid van de loge Broedergetrouw van de I.O.G.T (International Order of the Good Templars), die de geheelonthouding voorstond. Geheelonthouding was eind 19e-begin 20e eeuw een grote maatschappelijke beweging. Dit was dan ook tevens het maatschappelijke doel van zijn wereldreis.
Daarmee vond De Groot het wereldwandelen in zekere zin opnieuw uit. Het maatschappelijke aspect ervan, als doel op zich, zou pas later in de 20e eeuw worden onderkend. 'Op de ansichten, door hem te koop aangeboden, wordt het lidmaatschap van I.O.G.T. aangeduid.'

De Groot reisde bovendien in Marker kostuum vanwege de excentriciteit, zoals hij zelf ook toegaf, afgekleed met een sjerp in de nationale kleuren.


[Man in Marker kostuum: Coll. Zuiderzee Museum]

Nadat hij op 21 augustus in Marken was begonnen, was hij de volgende dag te Edam en de dag daarna in Purmerend. Op 3 oktober arriveerde hij te Tilburg via Eindhoven. Vandaar ging het in de namiddag van 4 oktober verder naar Breda en België.
De beoogde route leidde door België, Frankrijk en naar Engeland. Vervolgens via Spanje, Italië, Duitsland, Zwitserland, Tirol, Oostenrijk-Hongarije, Afrika, Perzië, Australië en Noord-en Zuid-Amerika. De reis zou maar liefst 10 jaar gaan duren.

'Uit het reglement blijkt, dat de geheele aarde te voet moet worden afgelegd en dat geen gebruik mag gemaakt worden van spoor, tram, rijtuig of welk voertuig dan ook. Boot of schip mogen alleen dienen om er een zee mede over te steken.
Zonder cent op zak is de reis aangevangen en met den verkoop van ansichtkaarten zal hij in z'n onderhoud mogen voorzien. Alcoholhoudende dranken mag hij noch drinken, schenken noch aanbieden. Tabak mag hij gebruiken.
Het laatste artikel zegt: Slechts in Amerika moet hij klompen dragen.'

Geen opmerkingen: